Uit de EY Future Consumer Index (juli 2021)5 blijkt dat duurzaamheid voor verschillende consumenten over de hele wereld verschillende dingen kan betekenen. Voor sommigen staat duurzaamheid gelijk aan het klimaat, terwijl het voor anderen kan gaan over gezondheid en welzijn, of over schoon water of schone energie.
Ook particuliere familiebedrijven in andere sectoren boeken vooruitgang met hun informatieverstrekking en maatregelen op het gebied van duurzaamheid. Bosch, een 125 jaar oude geavanceerde productie- en mobiliteitsgigant met hoofdzetel in Duitsland, met activiteiten verspreid over 400 locaties over de hele wereld, is nu afgestemd op de GRI-rapportagestandaarden. Het bedrijf is sinds het eerste kwartaal van 2020 CO2-neutraal.6 Het bedrijf heeft duurzaamheid onlangs toegevoegd als een belangrijke awardcategorie in zijn Bosch Supplier Awards, als onderdeel van zijn poging om duurzaamheid in zijn hele toeleveringsketen aan te pakken. Leveranciers die voor deze prijs in aanmerking willen komen, moeten aantonen dat ze topscores behalen in het Carbon Disclosure Project (CDP). Bosch heeft zichzelf ook SBTi-doelen gesteld, zoals het verhogen van het gebruik van hernieuwbare energie van 14% in 2018 tot 100% in 2030 en het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen (BKG) om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 °C.
Wat motiveert deze familiebedrijven om zich in te zetten voor duurzaamheid?
1. Familie reputatie en legacy
Familiebedrijven, en met name bedrijven die in privébezit zijn, staan minder onder druk van de wetgever om actie te ondernemen op het gebied van duurzaamheid. Nu duurzaamheid echter een doorslaggevende factor voor het imago wordt, lopen deze bedrijven voorop in het beschermen van hun reputatie en legacy.
2. Peer group inspiratie
Familiebedrijven en -kantoren in verschillende regio's, bedrijfstakken en van verschillende generaties integreren duurzaamheid in hun langetermijnperspectief. Zij bieden inspiratie voor andere familiebedrijven die een duurzaamheidskader willen invoeren.
3. Vermindering van de "intentiekloof"
In het verleden bleek dat klanten zich wel zorgen maakten over duurzaamheid, maar niet bereid waren om meer te betalen voor een duurzaam product of een duurzame dienst - dit werd de "intention-gap" genoemd.7 Geleidelijk aan neemt het aandeel klanten dat bereid is te betalen voor duurzame producten en diensten toe. Volgens de EY Future Consumer Index, juli 2021, "wil 43% van de consumenten wereldwijd meer kopen bij organisaties die de samenleving ten goede komen, zelfs als hun producten of diensten meer kosten. En 64% is bereid zich anders te gedragen als dat de samenleving ten goede komt."
De auteurs danken Ashish Gambhir, Dom Kelleher, Marko Nikolic en Joanne Warrin voor hun bijdragen aan dit artikel.