Nota naar aanleiding van het verslag met vragen over reikwijdte voorstel, bijheffing, effectieve belastingtarief, doorwerking op verschillende maatregelen in de vennootschapsbelasting, formeelrechtelijke aspecten en transitiebepalingen
De Staatssecretaris van Financiën heeft recentelijk de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2) naar de Tweede Kamer gestuurd.
De staatssecretaris beantwoordt hierin vragen over het wetsvoorstel. Er zijn onder andere vragen gesteld over de implementatiegevolgen voor Nederland in het algemeen en meer specifiek over de reikwijdte van het wetsvoorstel, de berekening en wijze van bijheffing, het effectieve belastingtarief, regels voor fusies, splitsingen, reorganisaties en houdsterstructuren, formeelrechtelijke aspecten en transitiebepalingen.
Ook wordt aan de hand van een aantal concrete voorbeelden aangegeven wat de doorwerking is van verschillende maatregelen in de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 op het effectieve belastingtarief voor de toepassing van het wetsvoorstel. De staatssecretaris licht toe of en hoe de volgende maatregelen de berekening van de bijheffing beïnvloeden: i) de earningsstrippingmaatregel; ii) de CFC-maatregel; iii) de maatregelen tegen hybride mismatches; iv) de bronbelasting op renten en royalty’s; v) de beperking van de liquidatie- en stakingsverliesregeling; vi) de beperking van de verliesverrekening; en vii) de maatregelen voor het tegengaan van mismatches bij toepassing van het zakelijkheidsbeginsel.
De nota naar aanleiding van het verslag vindt u hier.
Achtergrond
Het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 zorgt ervoor dat multinationals en binnenlandse bedrijven met een omzet van € 750 miljoen of meer altijd ten minste effectief 15% belasting over hun winst betalen. Bedrijven gaan de nieuwe belasting alleen betalen als de groep waartoe die bedrijven behoren in een land effectief te weinig winstbelasting betaalt. Dit wordt bepaald door het effectieve belastingtarief in een land in mindering te brengen op het minimumbelastingtarief van 15%.
De wereldwijde minimumbelasting (Pijler 2) is onderdeel van het OESO-akkoord over de herziening van het internationale belastingstelsel. Dat akkoord wordt door 138 landen gesteund. De Europese Commissie heeft vervolgens een richtlijn voorgesteld om deze minimumbelasting in de EU te implementeren. Op 15 december 2022 hebben de EU-lidstaten unaniem een akkoord bereikt over dit voorstel. De richtlijn moet op 31 december 2023 in nationale wetgeving zijn omgezet. Voor een uitgebreidere toelichting op het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 zie ook EYFN 2023/23 en de Engelstalige alert: The Netherlands issues proposed Pillar Two legislation (ey.com)