Aftrekbaarheid giften aan buitenlandse instellingen

Advocaat-Generaal geeft Hoge Raad in overweging prejudiciële vraag te stellen over weigering aftrekbaarheid giften aan buitenlandse instellingen vanwege niet voldoen aan registratievoorwaarde

De Advocaat-Generaal (A-G) heeft recentelijk geconcludeerd in een zaak over de aftrekbaarheid van giften aan buitenlandse instellingen. In deze zaak staat ter discussie of de giften die belanghebbende heeft gedaan aan drie buitenlandse instellingen (twee Duitse en één Zwitserse) als aftrekbare giften kunnen worden beschouwd voor de berekening van de inkomstenbelasting. 

Zowel de inkomstenbelasting als de vennootschapsbelasting kennen onder voorwaarden een giftenaftrek voor giften aan een algemeen nut beogende instelling (ANBI). Een van de voorwaarden is dat de instelling is aangemerkt als ANBI. 

De giften zouden dus aftrekbaar zijn indien de buitenlandse instellingen kwalificeren als ANBI. Geen van die instellingen kwalificeert echter, omdat niet wordt voldaan aan de voorwaarde dat de inspecteur de instelling heeft aangemerkt als ANBI (de registratievoorwaarde).

De kernvraag betreft de vraag of het in strijd is met Europees recht dat de aftrek van giften wordt geweigerd op grond dat de buitenlandse instellingen niet voldoen aan de registratievoorwaarde. 

Na een analyse van de Europese jurisprudentie concludeert de A-G dat dat het niet zonder redelijke twijfel is dat de registratievoorwaarde niet een beperking van het vrije kapitaalverkeer inhoudt voor de gever. De A-G overweegt onder meer dat de registratievoorwaarde zorgt voor een (indirect) discriminatoire belemmering voor een inwoner van Nederland om giften te doen aan niet-ingezeten instellingen, omdat die over het algemeen niet als ANBI geregistreerd zullen zijn in Nederland. 

De A-G geeft daarom de Hoge Raad in overweging een prejudiciële vraag te stellen aan het Europees Hof van Justitie. De prejudiciële vraag zou volgens de A-G als volgt kunnen luiden:

"Moeten art. 63 en 65 VWEU aldus worden uitgelegd dat zij zich ertegen verzetten dat een inwoner van Nederland niet in aanmerking komt voor een belastingvermindering voor giften aan een niet-ingezeten instelling alleen al op de grond dat die instelling de bevoegde autoriteit van Nederland niet heeft verzocht te worden aangemerkt als algemeen nut beogende instelling en daarom niet voldoet aan het vereiste dat zij door de bevoegde autoriteit van Nederland is aangemerkt als zodanig, terwijl dat vereiste weliswaar geldt zonder onderscheid tussen ingezeten en niet-ingezeten instellingen maar (indachtig, naar analogie, het arrest Van Caster (C-326/12), punten 35-37) over het algemeen niet-ingezeten instellingen niet de bevoegde autoriteit van Nederland verzoeken te worden aangemerkt als algemeen nut beogende instelling"

De A-G bespreekt verder de nationale wetgeving en de achtergrond van de ANBI-regeling, evenals relevante jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie over algemeen nut-instellingen en verkeersvrijheden. 


Schrijf u hier in voor onze fiscale nieuwsbrief

Blijf altijd up-to-date over fiscale ontwikkelingen: schrijf u hier in voor een van onze Tax nieuwsbrieven.