Fiscale maatregelen om transitie naar elektrische auto’s te versnellen

Normering zakelijke leasemarkt via loonbelasting, tariefkorting motorrijtuigenbelasting elektrische personenauto’s en aandacht voor emissievrije bijzondere personenauto's

De Staatssecretaris van Financiën heeft recentelijk in de fiscale beleids- en uitvoeringsagenda 2025 aangekondigd dat het kabinet een drietal fiscale maatregelen neemt om de transitie naar elektrische auto’s op korte termijn te versnellen. 

Drietal fiscale maatregelen

1.    Normering zakelijke leasemarkt via de loonbelasting 

De staatssecretaris geeft aan dat het kabinet de ingroei van elektrische auto’s versnelt door per 2027 de zakelijke leasemarkt te normeren. Het kabinet heeft als doel dat alle auto’s die vanaf dat moment door een werkgever ook voor privégebruik ter beschikking worden gesteld aan de werknemer, volledig emissievrij zijn. De staatssecretaris licht toe dat normering wordt vormgegeven via een pseudo-eindheffing in de loonbelasting, met een belastingtarief van 52% over de grondslag voor de bijtelling privégebruik van de auto. De bewindsman merkt op dat - in tegenstelling tot de bijtelling - geen rekening wordt gehouden met een eigen bijdrage van de werknemer. Een werkgever behoudt keuzevrijheid, maar bij het ter beschikking stellen van een fossiele auto volgen de staatssecretaris dus wel financiële consequenties. De pseudo-eindheffing moet per loontijdvak (meestal een maand) worden betaald door de werkgever als deze vanaf 2027 een fossiele (niet volledig emissievrije) personen- of bestelauto ter beschikking stelt aan de werknemer. De belastingplicht van de pseudo-eindheffing ligt bij de werkgever (inhoudingsplichtige) voor de loonbelasting. De staatssecretaris merkt expliciet op dat een ZZP’er met een eenmanszaak hierdoor buiten de scope van de eindheffing valt. Veel bestelauto’s vallen nu al niet onder de bijtelling en zullen dus ook niet onder de pseudo-eindheffing gaan vallen. Om uitwijkeffecten te voorkomen wordt in de uitwerking van de pseudo-eindheffing tevens bezien of aanpassing van de youngtimerregeling nodig is. De benodigde wetgeving voor de pseudo-eindheffing wordt opgenomen in het pakket Belastingplan 2026. 

 2.    Tariefkorting motorrijtuigenbelasting elektrische personenauto’s 

Het kabinet heeft in het najaar van 2024 toegezegd de hoogte van de tariefkorting in de motorrijtuigenbelasting voor elektrische personenauto’s dit voorjaar opnieuw te wegen. De staatssecretaris geeft aan dat, om elektrische en benzine personenauto’s gelijker te belasten in de motorrijtuigenbelasting, het kabinet besloten heeft om de tariefkorting te verhogen van 25% naar 30% in de periode 2026 – 2028. In 2029 blijft de tariefkorting 25%. Door deze aanpassing worden grotere fossiele en elektrische personenauto’s (voertuigcategorie D en E) komende jaren gelijk belast. Voor kleinere en middelgrote voertuigen (voertuigcategorie A t/m C worden de verschillen verkleind. 

3.    Elektrische kampeerauto’s, rolstoelvervoer en motorfietsen 

In het afgelopen jaar zijn er volgens de staatssecretaris ongewenste verschillen ontstaan in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) tussen emissievrije personenauto's enerzijds en emissievrije bijzondere personenauto's (zoals kampeerauto’s en rolstoelvervoer) en motorfietsen anderzijds. Met het wegvallen van de vijfjarige vrijstelling in de bpm voor alle emissievrije voertuigen op 1 januari 2025 vielen emissievrije bijzondere personenauto’s en motorfietsen onder dezelfde tarieven als hun fossiele tegenhangers. Voor emissievrije motorfietsen geldt eenzelfde situatie. Met een vereenvoudiging van de bpm wordt de komende vijf jaar een impuls gegeven aan deze kleine, moeilijker te verduurzamen, groep voertuigen. 

Hervorming autobelastingen 

De staatssecretaris merkt verder op dat het kabinet in het regeerprogramma heeft aangekondigd te komen met een hervorming van de autobelastingen. Het kabinet zal met stakeholders en medeoverheden in gesprek gaan om denkrichtingen rondom de hervorming van de autobelastingen te bespreken. Daarbij wordt volgens de staatssecretaris onder meer gekeken naar een structurele oplossing voor de gewichtscorrectie in de motorrijtuigenbelasting van elektrische auto’s. De staatssecretaris heeft hierbij als denkrichting om de grondslag van de motorrijtuigenbelasting te wijzigen van gewicht naar voertuigoppervlak. Ook wordt gekeken naar mogelijkheden om elektrische auto’s op termijn een evenredige bijdrage kunnen leveren aan het op orde houden van de overheidsfinanciën. Hiervoor denkt de staatssecretaris onder andere aan het introduceren van een tenaamstellingsbelasting om op termijn de aanschaf van nieuwe en gebruikte elektrische auto’s te belasten, waarbij het tarief gedifferentieerd kan worden naar voertuigoppervlak en/of leeftijd. 

De staatssecretaris laat weten dat het kabinet vóór het zomerreces met een contourenbrief komt met een nadere uitwerking van de hervorming van de autobelastingen. De staatssecretaris merkt op dat als onderdeel van deze contourenbrief naast de geschetste denkrichtingen, ook zal worden ingegaan op (middel)lange termijnvraagstukken als de stijgende brandstofprijzen, de dalende accijnsinkomsten door de ingroei van elektrische auto’s en de gevolgen van de dalende lastendruk voor elektrische voertuigen voor de bereikbaarheid/congestie.

De gehele fiscale beleids- en uitvoeringsagenda vindt u hier.


Schrijf u hier in voor onze fiscale nieuwsbrief

Blijf altijd up-to-date over fiscale ontwikkelingen: schrijf u hier in voor een van onze Tax nieuwsbrieven.