Rechtbank vindt belastingrente voor de vennootschapsbelasting te hoog

Uitspraak kan grote gevolgen hebben voor belastingplichtigen die te maken hebben met een belastingrente van 8%.

Op 7 november 2024 heeft Rechtbank Noord-Nederland een belangrijke uitspraak gedaan in een zaak over de belastingrente. De rechtbank heeft geoordeeld dat de belastingrente in de vennootschapsbelasting van 8% te hoog is.

Belastingrente

Indien uit een (voorlopige) aanslag blijkt dat vennootschaps- dan wel inkomstenbelasting moet worden betaald, is mogelijk over dat bedrag belastingrente verschuldigd. De rente wordt berekend met ingang van de eerste dag na afloop van zes maanden na het einde van het boekjaar waarop de aanslag betrekking heeft (dus meestal vanaf 1 juli) en eindigt op de dag die ligt voor de dag waarop de aanslag uiterlijk betaald moet zijn. (Normaliter bedraagt de betalingstermijn van de aanslag zes weken na dagtekening van de aanslag.) 

Onderhavige zaak

De zaak betrof een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 2021, waarbij een belastingrente van € 90.969 in rekening was gebracht. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen deze belastingrente, maar de inspecteur van de Belastingdienst had dit bezwaar ongegrond verklaard.

De rechtbank oordeelde dat het percentage van 8% in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Sinds het moment dat de percentages belastingrente zijn opgenomen in het Besluit belastingrente- en invorderingsrente kan volgens de rechtbank worden getoetst of deze in strijd zijn met het evenredigheidsbeginsel (“exceptieve toetsing”), hetgeen niet mogelijk is als percentages zijn opgenomen in de wet. De rechtbank merkte op dat de wetgever bij de vaststelling van het percentage van 8% onvoldoende rekening heeft gehouden met de belangen van de belastingplichtigen. Het onderscheid in rentepercentages tussen de vennootschapsbelasting en andere belastingsoorten was volgens de rechtbank onvoldoende gemotiveerd. Bovendien vond de rechtbank dat het percentage van 8% disproportioneel hoog is in vergelijking met de wettelijke rente voor niet-handelstransacties, die aanzienlijk lager is.

Het is nog niet duidelijk of de Belastingdienst in hoger beroep zal gaan tegen deze uitspraak. Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor belastingplichtigen die te maken hebben met een belastingrente van 8%. In ieder geval voor de in rekening gebrachte belastingrente in de periode vanaf 1 januari 2022 tot 1 januari 2024, maar mogelijk ook voor periodes die hierbuiten liggen. 


Schrijf u hier in voor onze fiscale nieuwsbrief

Blijf altijd up-to-date over fiscale ontwikkelingen: schrijf u hier in voor een van onze Tax nieuwsbrieven.