Technisch medewerker in veiligheidsvest en helm inspecteert zonnepanelen op een groot zonnedak onder een bewolkte lucht

Toekomst van de Nederlandse energietransitie: koersvastheid en keuzes


Industrie, politiek en energiesector roepen op tot koersvast beleid en samenwerking om Nederland leidend te houden in de energietransitie.


In het kort:

  • Koersvast beleid en duidelijke kaders zijn cruciaal voor investeringen in verduurzaming.
  • Industrie moet behouden én transformeren om toekomstbestendig te blijven.
  • Publiek-private samenwerking kan de energietransitie versnellen en draagvlak vergroten.

Leiders uit de industrie, energiesector en politiek kwamen begin september samen in Den Haag om te spreken over de toekomst van de energietransitie. Onder leiding van voormalig minister-president Jan Peter Balkenende debatteerden zij over de uitdagingen die Nederland de komende jaren te wachten staan. Hun boodschap is duidelijk: zonder koersvaste politiek, heldere randvoorwaarden en nauwe samenwerking dreigt Nederland zijn strategische positie te verliezen.

De energietransitie voltrekt zich in een tijd van geopolitieke onzekerheid, hoge energieprijzen en toenemende internationale concurrentie. Waar landen als de VS en China miljarden investeren in nieuwe energie-infrastructuur en technologie, worstelt Nederland nog met de vraag hoe we de omslag betaalbaar, rechtvaardig en uitvoerbaar houden. Voor veel bedrijven is verduurzamen echter geen kwestie van willen, maar van het ontbreken van randvoorwaarden. Voor de politiek betekent dit dat duidelijke prioriteiten stellen en voorspelbaarheid bieden onvermijdelijk is.

Industrie onder druk: behouden én vernieuwen

De Nederlandse basisindustrie, zoals chemie, staal en kunstmest, staat centraal in de economie. Ze levert grondstoffen voor de maakindustrie, banen voor tienduizenden werknemers en exportproducten die wereldwijd worden gebruikt. Tegelijkertijd is het de sector die het meest onder druk staat om te vergroenen.

De vraag is behouden we deze energie-intensieve industrie, of transformeren we versneld naar een innovatieve, hoogwaardige en minder vervuilende variant? Voor de meeste deelnemers is dit geen tegenstelling. “We moeten zowel behouden als transformeren,” stelde een van hen. Zonder basisindustrie kan hoogwaardige maakindustrie weliswaar niet bestaan, maar zonder transformatie is er geen toekomst.

Bedrijven zijn bereid miljarden te investeren in elektrificatie, waterstof en circulaire processen, maar lopen tegen praktische barrières aan: te weinig groene energie, onvoldoende infrastructuur en een ongelijk speelveld binnen Europa. “Bedrijven die hun businessmodel radicaal willen omgooien, lopen vaak tegen muren op,” klonk het.

Daarbij dreigt koolstoflekkage: als productie verdwijnt naar het buitenland, keren de emissies keihard via import terug. Ook regionale domino-effecten zijn reëel. “Als een chemiecluster in Zeeland wegvalt, raakt dat economisch een hele regio,” waarschuwde een deelnemer.

De oproep aan de politiek is daarom unaniem: maak harde keuzes en wees koersvast. Zonder een duidelijk en stabiel kader zullen bedrijven de noodzakelijke investeringen uitstellen. Een transitieakkoord tussen overheid en bedrijfsleven kan daarbij helpen om politieke wisselingen te overbruggen en zekerheid te bieden voor langetermijnplannen.

Het huidige model is niet toekomstbestendig.

Van nettarieven tot portemonnee: prikkels die werken (of niet)

Naast industrie en infrastructuur hebben we ook te maken met de randvoorwaarden voor consumenten en bedrijven. De energietransitie is immers niet alleen een technisch, maar ook een gedragsmatig vraagstuk.

 

De manier waarop nu netkosten worden verdeeld is daarbij een knelpunt. Het huidige model verdeelt kosten gelijk over alle gebruikers, maar dat systeem kraakt nu de vraag naar elektriciteit snel groeit. Differentiatie, waarbij bedrijven via prijsprikkels hun verbruik beter afstemmen, werd breed gezien als noodzakelijk. “Het huidige model is niet toekomstbestendig,” stelde een deelnemer. Tegelijkertijd moet differentiatie, om investeringen niet te ontmoedigen, wel hand in hand gaan met voorspelbaarheid, Europese afstemming en duidelijke afspraken.

 

Ook consumenten worden geconfronteerd met prikkels. De energiecrisis van 2022 bewees dat financiële prikkels effectief zijn. “De portemonnee is het meest gevoelige lichaamsdeel van de Nederlander,” grapte iemand. Maar er zijn ook grenzen: niet iedereen kan investeren in verduurzaming en een groot deel van de energierekening is simpelweg niet beïnvloedbaar. Zonder zorgvuldig ontwerp vergroten prikkels de ongelijkheid.

 

Volgens verschillende deelnemers moeten prijsprikkels daarom worden gecombineerd met ondersteunend beleid, bijvoorbeeld door renteloze leningen of subsidies die ook huishoudens met een laag inkomen in staat stellen om mee te doen. Alleen dan ontstaat breed draagvlak. We kunnen niet alles overlaten aan de portemonnee. Energie is een basisbehoefte.
 

Wie pakt de leiding: overheid of markt?

Een ander terugkerend thema was de rolverdeling tussen overheid en markt. Voorstanders van marktwerking benadrukten de innovatiekracht en efficiëntie van bedrijven. Anderen wezen op de urgentie van klimaatverandering en de noodzaak van stevige regie door de overheid.

De meeste aanwezigen kwamen uit op een middenweg: de overheid moet duidelijke doelen en kaders stellen, de markt investeert en innoveert. Offshore wind werd genoemd als succesvol voorbeeld van zo’n publiek-private samenwerking. Daarin stelde de overheid heldere doelen en randvoorwaarden, waarna bedrijven de uitvoering en innovatie oppakten.

Cruciaal is het om ook de vraagkant van duurzame energie structureel op te schalen. Als er onvoldoende afzetmarkten zijn voor groene waterstof of CO₂-vrije elektriciteit, stokt de transitie. Een nieuw transitieakkoord met concrete kortetermijndoelen en duidelijke kaders en randvoorwaarden kan de noodzakelijke versnelling bieden.

Zonder koersvastheid geen transitie

Het is duidelijk dat de energietransitie niet te reduceren is tot zwart-wit keuzes. Het gaat om én-én: behouden én transformeren, prijsprikkels én sociale rechtvaardigheid, overheid én markt.

Boven alles is vooral consistentie nodig: heldere afspraken, voorspelbaar beleid en wederzijds vertrouwen. We moeten het duurzame onvermijdelijk maken. Alleen zo kan Nederland zijn positie behouden én versterken in de mondiale energietransitie.


Samenvatting

De Nederlandse energietransitie vraagt om harde keuzes van industrie en politiek. Tijdens een top in Den Haag waarschuwden leiders dat zonder koersvast beleid, heldere randvoorwaarden en samenwerking Nederland zijn strategische positie kan verliezen. Cruciale thema’s zijn behoud én transformatie van de industrie, eerlijke prijsprikkels en de rol van overheid versus markt. Alleen met voorspelbaar beleid en breed draagvlak kan de transitie versnellen en blijven bedrijven bereid miljarden te investeren in verduurzaming.


Over dit artikel

Lees ook

Het Nederlandse investeringsklimaat staat onder druk

EY Rapport: Nederland Verliest Aantrekkingskracht voor Buitenlandse Investeringen

Hoe versnellen we in Nederland de energietransitie?

De energietransitie vraagt om strategische keuzes. Wat kunnen bedrijven en overheid doen?