Minister ziet ruimte om administratieve lastendruk te verminderen en houdt energiebelasting in de gaten
De minister van Financiën heeft onlangs vragen van de Tweede Kamer beantwoord over onderwerpen die aan de orde zijn gekomen bij de bijeenkomst van de Eurogroep en Raad Economische en Financiële zaken (Ecofinraad) van de Europese Unie. Daarbij zijn ook de belastingen aan de orde gekomen.
Verminderen lastendruk
Eén van de vragen gaat over het verminderen van de administratieve lastendruk voor met name kleine en middelgrote ondernemingen.
Op dat punt ziet de minister mogelijkheden in het versimpelen van het Europese fiscale raamwerk. De minister wijst erop dat de afgelopen jaren een groot aantal richtlijnen is geïmplementeerd, met de minimumbelasting als meest recente. De bestaande richtlijnen zouden volgens hem kunnen worden verduidelijkt. Verder kan worden gekeken naar dubbele standaarden, het stroomlijnen van procedures en rapportageverplichtingen en naar de effectiviteit van (onderdelen van) bestaande regels.
Volgens de minister is het wel van belang dat bestaande en effectieve (antimisbruik)bepalingen niet worden aangetast. Ook moet er rekening worden gehouden met de budgettaire impact van de regels.
Energiebelasting
De Tweede Kamer heeft ook gevraagd naar een mogelijke verlaging van de energiebelasting.
Op dat punt memoreert de minister dat op 1 januari 2025 huishoudens te maken kregen met stijgende nettarieven (circa € 60 meer ten opzichte van 2024). Voor de lange termijn ziet het kabinet dat de rekening, door een verdere stijging van de nettarieven, ETS2 en bijmengverplichting voor groen gas, verder zal oplopen. De minister wijst erop dat het kabinet dit nauw in de gaten houdt en dat er wordt gekeken hoe de toekomstige kosten beperkt kunnen worden.
Volgens de minister speelt de fiscaliteit een bescheiden rol in de hoge energieprijzen voor de energie intensieve industrie, omdat veel verbruik van energie-intensieve industrie in de energiebelasting is vrijgesteld. Daarnaast is ook de effectieve belastingdruk voor de industrie aanzienlijk lager vanwege het degressieve stelsel in de energiebelasting. De energiebelasting heeft volgens de minister dan ook geen effectieve knoppen om de energieprijzen voor de industrie mee te beïnvloeden.