Eindejaarsbesluit, Eindejaarsregeling, bijstellingsregelingen, besluit bestuurlijke boeten belastingdienst en besluit vermijding dubbele belasting gepubliceerd.
De staatssecretaris van Financiën heeft aan het einde van vorig jaar, zoals gebruikelijk, diverse besluiten en regelingen gepubliceerd. Hieronder volgt een overzicht.
Eindejaarsbesluit 2024 – Staatsblad 2024, 441
In het Eindejaarsbesluit is een aantal wijzigingen opgenomen van enkele uitvoeringsbesluiten op het terrein van belastingen, toeslagen en douane. De wijzigingen vloeien onder andere voort uit het pakket Belastingplan 2025 en de Fiscale verzamelwet 2025. Het wijzigingsbesluit bevat wijzigingen in onder meer het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001, Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965, Uitvoeringsbesluit vennootschapsbelasting 1971, Besluit fiscale eenheid 2003, Uitvoeringsbesluit belastingen van rechtsverkeer en Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968.
De in dit Eindejaarsbesluit opgenomen wijzigingen zijn voornamelijk technisch van aard. Ook zijn de budgettaire consequenties nihil. De aanpassingen rondom de splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting zijn een uitzondering hierop. Wij verwijzen naar een afzonderlijk EY Fiscaal Nieuwsbericht over dit onderwerp. Het besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025 waarbij enkele artikelen met terugwerkende kracht.
Eindejaarsregeling 2024 - Staatscourant 2024, 41523
In de Eindejaarsregeling is een aantal wijzigingen opgenomen van enkele regelingen op het terrein van onder andere de directe belastingen, de indirecte belastingen, de douane, het formele belastingrecht, het invorderingsrecht, de toeslagen en de BES-wetgeving. De wijzigingen vloeien onder andere voort uit het Belastingplan 2025. Deze regeling wijzigt onder meer de regelingen in de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001, Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011, Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden, Uitvoeringsregeling schenk- en erfbelasting en Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968.
In de Eindejaarsregeling worden onder meer enkele wijzigingen toegelicht omtrent de vrijstelling voor groene beleggingen in box 3, het vervallen van de dienstbetrekkingseis bij schenking van een belang in een lichaam en enkele wijzigingen op btw-gebied.
Ook de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden is zoals ieder jaar geactualiseerd. Ten aanzien van staten die lichamen niet of naar een statutair tarief van minder dan 9% onderwerpen aan een belasting naar de winst zijn er geen wijzigingen. Van de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden zijn vijf staten verwijderd. Het betreft Antigua en Barbuda, Bahama’s, Belize, Seychellen en Turks- en Caicoseilanden.
Bijstellingsregeling directe belastingen 2025 – Staatscourant 2024, 38492
Deze bijstellingsregeling geeft uitvoering aan de indexeringsvoorschriften die zijn opgenomen in de diverse wetsartikelen. De per 1 januari 2025 toe te passen tabelcorrectiefactor bedraagt 1,012. Uit de bijstellingsregeling blijkt onder andere dat het eigenwoningforfait 0,35% bedraagt voor woningen tussen de € 75.000 en € 1.330.000 en het heffingsvrije vermogen in box 3 door bovenstaande indexering van € 57.000 is bijgesteld naar € 57.684.
Bijstellingsregeling indirecte belastingen en de Provinciewet 2025 – Staatscourant 2024, 38305
Deze bijstellingsregeling geeft uitvoering aan de indexeringsvoorschriften, neergelegd in een aantal artikelen uit de Wet op de accijns, de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992, de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, de Wet belastingen op milieugrondslag en de Provinciewet, in samenhang met artikelen uit de Wet inkomstenbelasting 2001. Voor 2025 is de tabelcorrectiefactor bepaald op 1,012.
Onder andere is uit de regeling op te maken dat de woningwaardegrens voor de startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting met ingang van 1 januari 2026 € 555.000 bedraagt. Zoals vorig jaar bepaald in de Bijstellingsregeling indirecte belastingen en de Provinciewet 2024, bedraagt de woningwaardegrens met ingang van 1 januari 2025 (en dus tot en met 31 december 2025) € 525.000.
Besluit vermijden van dubbele belasting onder toepassing belastingverdragen en andere regelingen ter vermijding van dubbele belasting – Staatscourant 2024, 38766
Het beleidsbesluit is een actualisering van het besluit van 18 april 2023 en bevat het beleid over het vermijden van dubbele belasting onder de toepassing van de belastingverdragen, het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 en andere regelingen ter vermijding van dubbele belasting.
Nederland belast inwoners over hun wereldinkomen. Voor de in het wereldinkomen begrepen buitenlandse inkomensbestanddelen waarover het heffingsrecht op basis van een belastingverdrag of een andere regeling ter vermijding van dubbele belasting (primair) aan een ander land is toegewezen, verleent Nederland een vermindering tot het vermijden van dubbele belasting. In het desbetreffende verdrag of de desbetreffende andere regeling is bepaald voor welke inkomsten een vermindering van belasting wordt verleend, of de vermindering wordt verleend volgens de vrijstellings- of verrekeningsmethode en welk bedrag aan buitenlandse (bron)belasting voor verrekening in aanmerking komt.
In dit besluit is het beleid over de (technische) wijze van bepaling van de vermindering geactualiseerd. De volgende onderdelen zijn toegevoegd aan dit besluit:
- in aanmerking te nemen kosten bij berekening van de tweede limiet;
- berekening tweede limiet bij wijziging van het vennootschapsbelastingtarief bij een van het kalenderjaar afwijkend boekjaar;
- geen kostenaftrek voor fictieve bronbelasting (tax sparing credit).
Verder is een tweetal aanpassingen aangebracht in verband met wijzigingen in het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 per 1 januari 2025. De goedkeuring voor de verrekening van buitenlandse belasting op sporters- of artiesteninkomsten in de vennootschapsbelasting is toegespitst op de boekjaren die zijn aangevangen vóór 1 januari 2025. Daarnaast is de goedkeuring die ziet op de keuze voor kostenaftrek in verdragssituaties uitgebreid naar buitenlandse (bron)belasting die drukt op voordelen en inkomsten van sporters en artiesten die opkomen in een vennootschap.
De overige wijzigingen zijn van redactionele aard. Hiermee zijn geen inhoudelijke wijzigingen beoogd.
Wijziging van het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst – Staatscourant 2024, 38810
Het besluit wijzigt het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst. De wijzigingen betreffen een verhoging van de boetebedragen in verband met de indexatie van de wettelijke boetemaxima die op grond van de Algemene Wet Rijksbelastingen en de Bijstellingsregeling directe belastingen 2025 per 1 januari 2025 plaatsvindt.
Zo is bijvoorbeeld op te maken dat als de aangifte vennootschapsbelasting niet tijdig wordt ingediend, dit uiteindelijk kan leiden tot een verzuimboete van maximaal € 6.709 (€ 5.514 in 2024).