Uit evaluatie blijkt dat regeling doeltreffend en doelmatig is, maar ook complex voor belastingplichtigen én Belastingdienst
De Staatssecretaris van Financiën heeft recentelijk het evaluatierapport van de fiscale regeling voor de partneralimentatie naar de Tweede Kamer gestuurd. De staatssecretaris geeft aan dat uit de evaluatie blijkt dat de regeling doeltreffend en doelmatig is. Verder blijkt uit de evaluatie dat de regeling complex is voor belastingplichtigen om na te leven en complex voor de Belastingdienst om uit te voeren en beperkt handhaafbaar.
Achtergrond, doel en werking van de regeling
In het rapport worden de achtergrond, doel en werking van de regeling uitgelegd. Partneralimentatie is gebaseerd op de regel dat ex-partners volgens de wet een onderhoudsplicht hebben tegenover elkaar. Als een ex-partner onvoldoende inkomsten heeft om te voorzien in een minimaal niveau van levensonderhoud, heeft deze ex-partner recht op een uitkering. Deze uitkering wordt partneralimentatie genoemd. Na een echtscheiding wordt vastgesteld of een van de ex-partners behoefte heeft aan alimentatie. Als dit het geval is, wordt vervolgens de hoogte hiervan bepaald. De hoogte is afhankelijk van de draagkracht van de alimentatiebetaler en de behoefte van de ontvanger.
In de belastingwet is de partneralimentatie opgenomen als aftrekpost. Dit houdt in dat de alimentatiebetaler het bedrag aan alimentatie mag aftrekken. Dit verlaagt het belastbaar inkomen van de alimentatiebetaler. Bij de alimentatieontvanger wordt over de alimentatie juist belasting geheven.
Belastingplichtigen kunnen in hun belastingaangifte betaalde partneralimentatie opvoeren als persoonsgebonden aftrekpost "Betaalde partneralimentatie of andere onderhoudsverplichtingen". Binnen de aftrekpost wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten betalingen en kosten die wel of niet aftrekbaar zijn. In het rapport wordt aangegeven dat de volgende betalingen en kosten aftrekbaar zijn:
- Periodieke betalingen van partneralimentatie (vast bedrag tenzij dit wordt gewijzigd).
- Een afkoopsom van partneralimentatie aan de ex-partner. In dit geval wordt de alimentatie in één keer betaald.
- Ouderdomspensioen dat als partneralimentatie wordt doorbetaald.
- Woongenot (eigenwoningforfait) en hypotheekrente als de ex-partner blijft wonen in de woning die (deels) eigendom is van de alimentatiebetaler.
- Betalingen voor de verrekening van pensioenrechten, lijfrenten en andere inkomensvoorzieningen waarvan de betaalde premies eerder zijn afgetrokken.
- Bijstand die de Sociale Dienst aan de alimentatieontvanger betaalt en op de alimentatiebetaler heeft verhaald.
Er zijn ook enkele kosten die niet aftrekbaar zijn voor de betaler. Hieronder vallen bijvoorbeeld de advocaat- en proceskosten om de alimentatie vast te stellen, te verlagen of te beëindigen.
Evaluatierapport
Het rapport beoordeelt de doeltreffendheid en doelmatigheid van de aftrekpost "Betaalde alimentatie of andere onderhoudsverplichtingen" in de inkomstenbelasting (fiscale regeling partneralimentatie). Het rapport kijkt ook naar de naleving van de regeling door belastingplichtigen en naar de uitvoering, controle en handhaving door de Belastingdienst.
De onderzoekers geven aan dat de fiscale regeling voor partneralimentatie doeltreffend is, omdat het draagkrachtbeginsel in de inkomstenbelasting goed tot uiting komt. De aftrekbaarheid van partneralimentatie door de betaler en de belastingheffing bij de ontvanger dragen hieraan bij, al blijft onduidelijk in hoeverre niet-gebruik van de regeling de effectiviteit beïnvloedt door een gebrek aan gegevens. De onderzoekers merken op dat de regeling doelmatig is, mede doordat het budgettaire beslag beperkt is en verder zal dalen door de verkorting van de alimentatieperiode.
Daarnaast constateren de onderzoekers dat de regeling complex is voor belastingplichtigen, vooral door de invloed op hypotheekrenteaftrek, toeslagen en de noodzaak tot tussentijdse aanpassingen, wat een groot beroep doet op het zogenoemde doenvermogen, vooral bij een scheiding.
Ook voor de Belastingdienst is de regeling lastig handhaafbaar, omdat onder meer toezicht handmatig moet plaatsvinden.