Staatssecretaris informeert Tweede Kamer: geen inleg meer in groenfondsen
Op dit moment zijn er in de inkomstenbelasting twee regelingen om de inleg door particulieren in groene beleggingen te stimuleren. Ten eerste is er een vrijstelling in box 3. Die vrijstelling is per 1 januari 2025 verlaagd en bedraagt nu maximaal
€ 26.312 (voor partners gezamenlijk € 52.624). Daarnaast is er een heffingskorting voor groene beleggingen. Die korting bedraagt 0,1% van het bedrag dat in box 3 is vrijgesteld. Om aangemerkt te worden als groene beleggingen moet op basis van de regeling Groenprojecten een groenverklaring worden aangevraagd bij de RVO.
Met ingang van 1 januari 2027 vervallen de fiscale regelingen.
In het najaar van 2024 heeft de staatssecretaris toegezegd de gevolgen van het afschaffen van beide regelingen te onderzoeken. De uitkomsten van dat onderzoek heeft de staatssecretaris met de Tweede Kamer gedeeld.
Uit de nadere analyse blijken de gevolgen die het afschaffen heeft op zowel het milieu als groene Nederlandse ondernemers in diverse sectoren, zoals duurzame landbouw, mobiliteit, bouw en circulaire economie, groenfondsen en maatschappelijke organisaties. Samengevat zijn de verwachte gevolgen van het afschaffen van de Regeling groenprojecten als volgt:
- Het vermogen dat spaarders en beleggers in groenfondsen inleggen wordt per direct veel lager en gaat per 1 januari 2027 naar € 0.
- Hierdoor is vanuit deze regeling vrijwel geen groen geld meer beschikbaar voor de financiering van nieuwe innovatieve, risicovolle, groene projecten.
- Dit kan betekenen dat veel van deze investeringen door ondernemers, maar ook door maatschappelijke organisaties, op basis van deze regeling niet worden gedaan of minder innovatief en duurzaam worden uitgevoerd.
- De Regeling groenprojecten kan niet meer bijdragen aan relevante beleidsdoelen als stikstofreductie, energietransitie, de circulaire economie en klimaatadaptatie in met name de landbouw, industrie en bouw.