EY verwijst naar de wereldwijde organisatie en kan verwijzen naar een of meer van de lidfirma's van Ernst & Young Global Limited, die elk een afzonderlijke juridische entiteit zijn. Ernst & Young Global Limited, een Britse vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, verleent geen diensten aan cliënten.

Hoe doe je dat in een tijd waarin de schokken zich opstapelen? Een tijd waarin we niet alleen te maken hebben met enorme uitdagingen die we al jaren kennen maar ook met verrassingen?
Allereerst gaat het om aandacht voor de juiste samenstelling van de board. Een diverse samenstelling is natuurlijk essentieel om blind spots te voorkomen, en heel het spectrum van voor een organisatie belangrijke thema’s te overzien. Daarbij gaat het dan vooral om de diversiteit in de achtergronden en netwerken van de individuele commissarissen. Zij kunnen uit hun netwerk enorm veel inzichten opdoen, door deelname aan conferenties, round tables en dergelijke. Ik was zelf afgelopen jaar bij een INSEAD -bijeenkomst over Artificial Intelligence (AI), waar ik de gelegenheid had om een paar toppers van Big Tech bedrijven individueel te spreken. Dat levert dan ongekend veel food for thought op die ik waar relevant ook deel. De samenstelling van de board moet verder ook naadloos passen bij wat de organisatie nodig heeft. In sommige gevallen is het goed om sterke lijnen naar de politiek te hebben, in andere gevallen is een organisatie meer gebaat bij de laatste inzichten over digitale technologie.
Ten tweede moet je als commissaris goed kunnen analyseren en filteren. Inzicht hebben in de trends is mooi, maar het wordt pas echt relevant als je weet welke trends het businessmodel op termijn kunnen gaan raken. Maar zelfs als je dat volledig scherp hebt, ben je er nog niet. Want de echte uitdaging is om van het signaleren van trends te komen tot handelingsperspectief bij het management.
We moeten ons daarbij goed bewust zijn van onze beperkingen. We zijn als mens vaak geneigd om bij een crisis direct in de actiemodus te schieten. En die reflex levert niet altijd de beste actie op. Maar we hebben die shock vaak wel nodig om in beweging te komen, want de mens is ook vaak geneigd om de grote trends te negeren, ook als deze al heel duidelijk zijn.
De gebeurtenissen in de eerste weken na de inauguratie van Donald Trump als Amerikaanse President zijn daar een mooi voorbeeld van. Trump is door de jaren heen heel duidelijk geweest over zijn plannen om de belangen van de Verenigde Staten op nummer 1 te zetten. Datzelfde geldt voor veel van de acties die daarbij horen. Hij zette na zijn aantreden het beleid van zijn eerste regeerperiode voort, zij het misschien in een wat heftiger variant dan verwacht. Daar kunnen we eigenlijk niet door verrast zijn.
Dat geldt voor meer terreinen. Vanuit DenkWerk schreven we in 2021 bijvoorbeeld een rapport over ‘globalanceren’, oftewel hoe Nederland in een verdergaande regionalisering van handel succesvol kan blijven. We concludeerden dat de wereld eigenlijk het einde van de globaliseringsgolf bereikte doordat continenten niet langer alleen op de lagere niveaus van de waardeketen maar ook op het hoogste niveau de concurrentie aan gingen. Tot die tijd kon je verder globaliseren op een manier waarbij iedereen winnaar is. Die tijd ligt achter ons en dan kun je heel makkelijk uittekenen dat politieke betrekkingen en economische afhankelijkheden tussen grote handelsblokken op scherp komen te staan. De Verenigde Staten wilde toen ook al minder afhankelijk worden van andere grootmachten voor haar toeleveringsketens. Het was heel duidelijk dat er “regionalisering” op gang kwam met sterkere banden binnen regio’s maar minder sterke banden tussen regio’s. Toch lijken veel leiders dat zich nu pas te gaan realiseren.