Zakenvrouw die een presentatie geeft met behulp van grote grafische schermen met verschillende datavisualisaties

Het IIF en EY in gesprek over hoe bedrijven kunnen omgaan met de wereldwijde handelsonzekerheid


Ook op extreme onzekerheid kun je anticiperen.


In het kort:

  • De importheffingen van Donald Trump zorgen voor wereldwijde onzekerheid, maar experts zien kansen voor Europa op de middellange termijn.
  • Nederlandse bedrijven kunnen de impact van invoerrechten beheersen door hun supply chains te analyseren en strategische aanpassingen te maken, zoals het optimaliseren van transfer pricing.
  • De financiële sector moet zich aanpassen aan veranderende kredietrisico's en transparantie in risk management waarborgen, terwijl de verschuiving van just-in-time naar just-in-case strategieën steeds relevanter wordt.

President Donald Trump ontketende in april met een pakket importheffingen niet alleen een handelsoorlog, maar creëerde daarmee vooral ook veel onzekerheid. Er ontstond wereldwijd een nieuwe realiteit die vooralsnog continu verandert en moeilijk te voorspellen is. Gelukkig zijn we niet machteloos om daarop te anticiperen, zo betogen Jeroen Scholten (EY, Global Trade Leader), Martin Boer (General Manager en Chief Representative, Europe bij The Institute of International Finance (IIF)) and Jan Bellens (EY Parthenon) in een round table gesprek. Ze zijn bovendien optimistisch: op de middellange termijn ziet het er goed uit voor Europa.

De veelbesproken liberation day – de dag waarop Donald Trump zijn plannen ontvouwde voor een ferme verhoging van invoerrechten – ligt op het moment van dit gesprek al een paar weken achter ons. Maar er is veel onduidelijk over hoe de maatregelen precies uitpakken, mede doordat deze bijna dagelijks worden bijgesteld. Is juist deze onzekerheid niet de grootste uitdaging voor bestuurders?

BOER: “De onzekerheid was in de aanloop naar liberation day al groot en de onvoorspelbaarheid is met de besluitvorming daarna tot ongekende hoogtes gestegen. Er is wel een aantal zaken duidelijk. Dat er verschuivingen optreden in de grote strategische allianties. Dat de groei van de wereldeconomie de komende kwartalen lager zal uitvallen. Dat het ondernemersvertrouwen daalt. Maar wat mij betreft ook dat we genuanceerd naar het perspectief voor Europa moeten kijken. Op korte termijn heeft Europa te maken met tegenwind, maar op de middellange termijn ben ik optimistischer. Europa wordt nu als een stabiel continent gezien en dat is belangrijk voor het aantrekken van investeringen. We zien investeerders daar nu op voorsorteren.”

Als we specifiek kijken naar de positie van Nederlandse bedrijven, hoe kunnen bestuurders omgaan met de onzekerheid?

BOER: “Van de totale Nederlandse export gaat maar 5% naar de Verenigde Staten dus dat is op zichzelf overzichtelijk. Maar het verschilt heel erg per sector wat de invloed is. In bepaalde sectoren zoals farmacie is de schok vrij groot.”

SCHOLTEN: “Voor het antwoord op die vraag is het ook nodig om precies te begrijpen hoe invoerrechten werken. In de basis zijn drie zaken van belang. Ten eerste is de classificatie van een product belangrijk, aangezien deze het tarief bepaalt. Ten tweede gaat het om de oorsprong van het product en dat is niet gelijk aan het land waar het vanuit vertrekt naar de Verenigde Staten. Voor een doorvoerland als Nederland is dat belangrijk. Als een product vanuit China door Nederland naar de Verenigde Staten gaat, dan geldt het tarief voor China. Ten derde speelt de douanewaarde van het product een rol omdat dat de basis is waarop het heffingstarief wordt berekend. Deze drie zaken bieden mogelijkheden om je strategie aan te passen. Op langere termijn gaat het dan eigenlijk om het tegen het licht houden van je hele supply chain. Maar ook op korte termijn is er vaak handelingsperspectief. Daar liggen zogenoemde ‘no-regret’opties. Daarnaast is transparantie over mogelijke effecten in de financiële rapportages van belang.”

Er zijn verschillende ‘no-regret’-opties.

Dat klinkt positief. Kun je voorbeelden van dergelijke opties noemen?

SCHOLTEN: “Het begint met een gedegen analyse van de data van je import en export. Daar valt bijvoorbeeld uit af te leiden waar kostenstijgingen zijn te verwachten. Niet alleen door de heffingen op zichzelf, maar ook doordat logistieke stromen anders gaan lopen, met onder meer voorraadvorming tot gevolg. Verder kun je ook met een strategische bril naar je transfer pricing en douanewaarde kijken. Deze prijzen tussen entiteiten in een groep moeten fiscaal tegen zakelijke voorwaarden worden vastgesteld. Zonder al te technisch te worden: het is vaak mogelijk om die transfer pricing en bijbehorende douanewaarde aan te passen zonder dat je de fysieke goederenstroom verandert. Meer in algemene zin: het onderwerp invoerrechten ligt nu op de bestuurstafel. Vroeger voerden we vooral gesprekken met de belastingprofessionals in het domein van compliance aan belastingregelgeving. Nu komen er veel meer stakeholders aan tafel en is het een strategisch onderwerp geworden op het niveau van het bestuur. Ook vanuit het perspectief van M&A overigens: de vraag of een overname iets toevoegt aan een supply chain die beter inspeelt op de nieuwe realiteit ligt nadrukkelijk op tafel.”

BELLENS: “Zoals altijd in dit soort situaties zijn er ook nu niet alleen risico’s maar ook kansen. Voor de financiële sector geldt dat er – mede als gevolg van het beleid van Donald Trump – een harmonisering van regelgeving in Europa op gang komt die aantrekkelijk is. Verder zijn ook bepaalde sectoren waar banken meer commerciële focus op leggen, zoals de defensie-industrie. Die stond tot voor kort – mede als gevolg van ESG-wetgeving – niet echt hoog op de agenda.”

Toch even terug naar de onzekerheid van deze tijd: hoe heeft dat impact op de financiële sector?

BELLENS: “De financiële sector wordt niet direct geraakt door het pakket maatregelen. Maar de oude wijsheid ‘Wall Street follows Main Street’ is ook nu nog valide en dus moeten bestuurders van financiële instellingen wel degelijk een goede analyse doen. Ik zie daarin drie belangrijke zaken. Ten eerste moet je goed weten waar je kredietrisico’s groeien door deze ontwikkelingen. Dat geldt niet alleen voor trade finance maar ook in breder verband. Ten tweede moet je goed begrijpen hoe je klanten hun supply chains aanpassen en daarbij jezelf de vraag stellen of je als financiële instelling de dienstverlening daar internationaal op kunt laten aansluiten. Ben ik aanwezig op de juiste plaats, op het juiste moment? En ten derde gaat het om transparantie en riskmanagement. Zorg dat je inzicht hebt in risico’s, ook in bredere zin dan de heffingen. Een voorbeeld daarvan is de afhankelijkheid van grote Amerikaanse hyperscalers. Want ook voor deze cloudleveranciers is niet uit te sluiten dat er onverwachte zaken gebeuren.”

Van just-in-time naar just-in-case.

Er wordt wel gezegd dat de optimale strategie verschuift van just-in-time (efficiënte wereldwijde ketens) naar just-in-case (voorbereid op alle onvoorspelbaarheden). Dekt dat de lading?

BOER: “Je kunt eigenlijk niets uitsluiten op geopolitiek gebied. Samen met EY doen we elk jaar een survey onder CRO’s. Afgelopen jaar werd cyber daarin nog als het belangrijkste risico genoemd. Geopolitiek was toen nummer twee en het zou me niet verbazen als dat dit jaar op nummer 1 komt te staan. Je moet als bestuurder nergens gek van opkijken. Het kan zijn dat er morgen een deal is tussen de EU en de Verenigde Staten. Maar het kan ook zijn dat de situatie rondom Taiwan zomaar escaleert.”

SCHOLTEN: “Ik denk dat het verstandig is geweest dat veel landen niet direct een tegenreactie formuleerden op de heffingen maar juist even kozen voor een pas op de plaats. Dat werkte kalmerend. Tegelijkertijd is ook het risico van escalatie van tarieven – waarbij elke reactie een tegenreactie oproept – nog niet geweken. En als zoiets gebeurt, dan is het zaak om met grote snelheid je supply chain aan te kunnen passen.”

Tot slot. Nu gaat de handelsoorlog nog alleen over fysieke goederen en niet over diensten. Blijft dat zo?

SCHOLTEN: “Niets is zeker. Het autonoom belasten van diensten met invoerrechten bestaat nu eigenlijk niet. Het is wel mogelijk dat landen en/of de EU nog met (extra) Digital Service Taxes (DSTs) en dergelijke komen, maar dat is iets anders dan invoerrechten heffen op diensten. De uitbreiding van belastingen op de dienstensector, vooral van Amerikaanse technologiebedrijven in het buitenland, kan wel weer vergeldingsmaatregelen op fysieke goederenhandel uitnodigen. Maar op basis van de de-escalerende ontwikkelingen in de tariefconflicten in de afgelopen periode ben ik voorzichtig optimistisch. Gelukkig maar. Het is geen fijn scenario dat (financiële) dienstverlening als extra wapen zou worden gehanteerd.1’’
 

Dit is een artikel uit het Eye on Finance magazine. Download hier de PDF voor meer inzichten over de financiële sector of bekijk de andere artikelen hieronder.

Voetnotes
1. Na het interview heeft Trump aangekondigd dat hij buitenlandse films wil belasten.

Deelnemers

Jeroen Scholten

 Jeroen Scholten  
   EY, Global Trade Leader 

 


Martin Boer

 Martin Boer 
General Manager en Chief Representative, Europe bij The Institute of International Finance (IIF)


Jan Bellens

 Jan Bellens  
 Partner EY FS Parthenon EMEIA

 




Samenvatting

In een gesprek tussen experts van het IIF en EY worden strategieën besproken voor bedrijven om om te gaan met wereldwijde handelsonzekerheid. Jeroen Scholten, Martin Boer en Jan Bellens delen hun inzichten over risicomanagement en anticipatie op veranderingen. Ze benadrukken het belang van proactieve maatregelen en strategische aanpassingen in de supply chain om de impact van onzekerheid te minimaliseren.


Ook in deze editie

Hoe houden we Nederland weerbaar?

Verken de weerbaarheid van Nederland in een onzekere wereld. Dit artikel behandelt de invloed van geopolitieke spanningen, duurzaamheid en Europese samenwerking op de economie.

Frans Blom, RVC van Van Lanschot Kempen, over het zien aankomen van de crisis

Frans Blom, voorzitter van de RVC van Van Lanschot Kempen, bespreekt hoe commissarissen maatschappelijke trends en crisissen kunnen vertalen naar de boardroom.

Stefaan Decraene, CEO van Rabobank: “In turbulente tijden is een stabiele financiële sector een troefkaart.”

Stefaan Decraene, CEO van Rabobank, bespreekt de rol van een stabiele financiële sector in turbulente tijden en de coöperatieve structuur van de bank.

ING deelnemers over Four Futures: hoe de wereld in 2055 eruit kan zien

Four Futures van EY verkent de mogelijke toekomstscenario's van 2055, gebaseerd op klimaatdata en wetenschappelijke inzichten. ING's Sandra Schoonhoven en John Djeranian delen hun ervaringen.

APG Asset Management: Private credit versnelt impact investing

Private credit, een alternatieve financieringsvorm, groeit snel en biedt unieke kansen voor impact investing. Ontdek hoe APG Asset Management deze ontwikkeling aanjaagt.

Vijf vragen over AI in de financiële sector

Vijf vragen over de ontwikkeling van AI in de financiële sector.


    Over dit artikel