1. Waarom houdt jouw faculteit zich bezig met het klimaatrisico?
“Ik loop al 27 jaar op de universiteit rond en ben als hoogleraar van oudsher gewend om het thema duurzaamheid in mijn colleges te verankeren. Voor mij is dat de normaalste zaak van de wereld. Ik mopperde in het verleden weleens: waarom delen andere hoogleraren die belangstelling voor het milieu niet? Toen ik eens rond ging vragen onder collega’s, bleek er juist veel interesse te zijn. Als je erover nadenkt is dat ook wel logisch. Waarom zou je aan een economiefaculteit alleen maar over geld praten? Naast kapitaal zijn er nog drie andere productiefactoren en natuur lijkt me daarvan zeker niet de onbelangrijkste.”
2. Hoe verwacht je dat de impact van het klimaat op de strategie, risicoanalyse en activiteiten van ondernemingen in de financiële sector zich in de toekomst zal ontwikkelen?
“Die impact gaat fors toenemen. Als het bijvoorbeeld om het bankwezen gaat, stelt de maatschappij steeds vaker de vraag: hoe komen banken aan hun geld en waar stoppen ze het in? Financiële instellingen kunnen een sturende rol vervullen door geen geld uit te lenen aan milieuvervuilende bedrijven. Of tegen een extra hoge rente waarvan het bovenmatige deel weer in het milieu wordt geïnvesteerd. Daarnaast kunnen instellingen als het om cliëntacceptatie gaat de eventuele betrokkenheid bij kinderarbeid in hun risicoanalyse meenemen. Als samenleving zien we een rol voor financiële instellingen om witwassen en belastingontduiking tegen te gaan. Natuurlijk is het bestrijden van crimineel geld belangrijk, maar als over een eeuw de waterspiegel vier meter is gestegen, is dat een veel groter probleem. Over het klimaat moet veel meer ophef zijn. Daar kan de financiële wereld bij helpen.”
3. De RUG heeft het onderzoek ‘Transparant over klimaatimpact’ uitgevoerd. Wat is volgens jou de belangrijkste conclusie van dit onderzoek?
“Dat we in Nederland de mond vol hebben over het klimaat. Alle bedrijven vinden het belangrijk, het is ingebed in de strategie en verankerd in de governance-structuur. Uit ons onderzoek blijkt echter dat niet meer dan een derde van de ondervraagde ondernemingen iets zinnigs kan zeggen over de eigen CO2-uitstoot. Althans niet in termen van concrete doelstellingen en maatregelen. Dat is best teleurstellend.”
4. Wat zijn volgens het onderzoek de grootste uitdagingen en kansen voor financiële instellingen op het gebied van klimaatrisico?
“Betere rapportages met veel meer relevante informatie over bijvoorbeeld hun CO2-impact, concrete acties die ze ondernemen en hun toekomstverwachtingen. Het is kennelijk nog steeds een behoorlijke uitdaging om voor het realiseren van doelstellingen op milieugebied een volwassen plan-do-check-act cyclus te implementeren. Er zijn al veel frameworksontwikkeld op het gebied van duurzaamheidsverslaggeving en heel specifiek voor de impact van ondernemingen op het klimaat, maar de feitelijke concretisering van de informatie die dan wordt gepresenteerd vraagt veel aandacht. Dat begint met het goed verankeren van de relevante vraagstukken in de strategie en doelstellingen.”