- De 14 universiteiten in Nederland hebben in 2022 gemiddeld een positief nettoresultaat behaald.
- Alhoewel het rendement ten opzichte van het voorgaande jaar is gehalveerd, valt dat ten opzichte van het begrote negatieve rendement nog positief uit.
- De vooruitzichten voor de toekomst lijken echter onzekerder.
Dit blijkt uit de vandaag gepubliceerde Onderwijsbarometer, editie universiteiten, van accountants- en adviesorganisatie EY.
‘De komende jaren krijgen universiteiten te maken met een mogelijke inperking van de toestroom van internationale studenten, verdere kostenstijgingen en onzekerheid over de rijksbijdrage. Zo heeft de forse loonkostenstijging als gevolg van de nieuwe cao forse impact. Voor lopende onderzoeksprojecten neemt de omvang van de eigen bijdrage door de stijgende loonkosten toe. De noodzaak tot investeringen blijft bovendien hoog met impact op de liquiditeitspositie en het rendement. Het gaat in de periode 2023 tot en met 2025 om een bedrag van ongeveer € 3,3 miljard. Uit de toelichting in de jaarverslagen blijkt dat een groot deel van de investeringen gerelateerd is aan vastgoed. Ook investeren universiteiten in duurzaamheid, digitalisering en digitale veiligheid. Door de afnemende liquiditeitspositie en oplopende schulden daalt naar verwachting de gemiddelde kredietwaardigheid, van alle universiteiten samen, de komende jaren van AA- naar A’, vat Ralph Poulssen, associate partner bij EY en initiatiefnemer van de Barometer samen. ‘Banken zullen met deze uitkomst echter nog steeds bereid blijven om leningen te verstrekken aan universiteiten als alternatief voor een lening bij de Nederlandse schatkist. De voorwaarden waaronder deze leningen worden verstrekt, zullen op termijn wel minder gunstig worden en tot verhoogde kosten kunnen leiden.’
Toekomstverwachting
Volgens Maarten Verschoor, partner en voorzitter van EY Society, houden de meeste universiteiten de komende jaren rekening met negatieve resultaten. ‘Voor het jaar 2023 begroten twaalf universiteiten een negatief resultaat. In de prognoses voor 2023 daalt het verwachte rendement voor alle universiteiten bij elkaar opgeteld naar ongeveer 2,5% negatief. In 2025 is het beeld al licht verbeterd maar verwachten nog steeds acht universiteiten een negatief resultaat. Daarbij zijn diverse ontwikkelingen aan de orde die een positieve, dan wel negatieve impact hebben op de prognoses. Met name aan de inkomstenkant wordt een positieve ontwikkeling verwacht. Het bestuursakkoord 2022 hoger onderwijs en wetenschap, dat in de zomer van 2022 is vastgesteld, leidt tot hogere te ontvangen rijksbijdrage. Echter, aan de kostenkant zijn dermate veel ontwikkelingen waardoor universiteiten geen positief resultaat verwachten.’